Directeur Prins Bernhard Cultuurfonds Adriana Esmeijer
Foto: Peter Valckx

‘Mijn medewerkers zijn een soort familie’

Directeur Prins Bernhard Cultuurfonds Adriana Esmeijer

Elke van Riel8 June 2018

Als directeur van het Prins Bernhard Cultuurfonds, kan Adriana Esmeijer haar ervaring en talenten optimaal benutten én doen wat ze het liefste doet: samenwerken. Ze promoveerde aan de VU op wetenschapscommunicatie. ‘Haar’ fonds, gehuisvest in een monumentaal pand aan de Amsterdamse Herengracht, ondersteunt cultuur, natuur en wetenschap met financiële bijdragen, opdrachten, prijzen en beurzen.

Hoe ziet een normale werkdag eruit voor jou? ‘Heel druk! We hebben als privaat cultuurfonds veel stakeholders: belanghebbenden, relaties, schenkers en donateurs. Daarnaast heb je de zakelijke kant van de dienstverlening en bijzondere relaties, zoals met het Koninklijk Huis. Verder heb ik te maken met alle commissarissen van de Koning, die voorzitter zijn van onze afdelingen in de provincies, met de vele vrijwilligers die zich inzetten bij de selectie van projecten, 25.000 collectanten en natuurlijk onze eigen medewerkers. Als directeur beweeg ik me voortdurend tussen die verschillende groepen: relatiebeheer is mijn core-business.

‘Het is een baan voor 24/7 die veel fitheid, charisma en energie vraagt’

‘Ik ontvang mensen hier, maar ga ook veel op bezoek bij potentiële of bestaande schenkers. Ik bezoek projecten die we steunen in Nederland en het Caraïbisch gebied. Zo was ik pas bij kasteel Arcen in Limburg om een cheque van een ton te overhandigen om de kademuren te herstellen en een terrein bij te kopen dat aan het landgoed grenst. En vanmorgen heb ik bij Stadsherstel in Amsterdam een convenant getekend over Erfgoed in Suriname.’

Een droombaan dus? ‘Aan de buitenkant lijkt het luxe, dat je steeds naar premières en openingen mag. Maar ik ontmoet daar dan allerlei mensen die geïnteresseerd zijn in ons, dus dat is ook weer een gelegenheid om te werken aan relatiebeheer. De cultuur speelt zich ’s avonds en in het weekend af. Het is een baan voor 24/7 die behalve kennis van veel dossiers vooral oprechte belangstelling voor anderen en energie vraagt.’

Wat geeft je energie in je werk? ‘Dat je echt verschil maakt. Alles van waarde is weerloos is, geldt in de cultuur zeker. Je zorgt ervoor dat carillons, glas-in-loodramen of een ijskelder bij een kasteel voor de toekomst bewaard blijven. We doen ook veel aan educatie en muziek en geven studie- en onderzoeksbeurzen voor de nieuwe generatie wetenschappers, componisten en musici. Wie met summa cum laude cijfers is afgestudeerd aan HBO of universiteit en goede referenties en plannen heeft voor een onderzoek, PHD of masterclass in het buitenland, kan elk jaar tussen 1 februari en 1 april een aanvraag doen. Hieraan geven we inmiddels tegen de 2 miljoen euro per jaar uit.’

Je bent hier al 17 jaar directeur. Wat maakt dat deze baan zo goed bij je past? ‘Dat die zich op alle disciplines richt, ook op de wetenschap waar ik uit kom. Ik zit hier niet vastgeroest, maar als ik gevraagd word voor iets anders is er meestal een beperking qua werkterrein, want de meeste functies richten zich op maar één discipline. Hier kan ik mijn ervaring en talenten optimaal benutten.

‘Toen ik solliciteerde bij Elco Brinkman, indertijd voorzitter van het Prins Bernhard Cultuurfonds, dacht ik dat zo’n oud-minister mij niet zou zien staan, omdat ik geen directeur van het Van Gogh was. Maar toch kwam ik door de sollicitatierondes heen. Ik was 35 toen ik begon en de eerste vrouwelijke directeur. Deze baan heeft me de kans gegeven me breder te ontwikkelen. Het managen van zo’n groot fonds heb ik als jong hondje in de praktijk kunnen leren en door cursussen te volgen.’

‘Dat ik elke dag weer hiernaartoe kon, hield me overeind’

‘Het gaat goed met het Cultuurfonds. De medewerkers zijn een soort familie en ik ben trots op mijn mensen: het is een superteam. Met anderen werken is belangrijk voor mij. In mijn eentje zzp’er zijn, zou ik vreselijk vinden. Een paar jaar geleden is mijn man overleden aan kanker. Wat me overeind hield, is dat ik elke dag weer hiernaartoe kon.’

Wat bepaalde je studiekeuzes? ‘Ik was een echt alfameisje, maar van een taal studeren ging mijn hart niet sneller kloppen. Bij journalistiek leerde ik veel vaardigheden: deadlines halen, correct Nederlands schrijven, lef hebben om op mensen af te stappen, kritisch zijn en een mening hebben. Dat was zeker vormend, maar ik miste een inhoudelijke focus. Daarom wilde ik verder studeren.

‘Tekstwetenschappen leek me een logische vervolgstap, maar na een jaar switchte ik, omdat Jaap Goedegebuure, hoogleraar theorie en geschiedenis der literatuur, zo ongelofelijk interessant college gaf. Tijdens mijn studie werkte ik als freelance journalist om bij te verdienen. Nog vóór mijn afstuderen had ik al een baan bij de VU als wetenschapsvoorlichter. Zij vroegen om een academische opleiding en journalistieke ervaring.

‘Ik mocht als twintiger een presentatie geven in het college van decanen: vijftien heren en de rector’

‘Al snel vroeg mijn afdelingshoofd Jan van Overhagen of promotieonderzoek niks voor mij was. Ik mocht dat een dag per week doen. De VU had toen nog vijftien faculteiten en ik probeerde zo goed mogelijk alle disciplines over het voetlicht te krijgen. Mij viel op dat de wetenschapskaternen alleen over bètaonderwerpen schreven, met uitzondering van taalkunde en archeologie. Ik heb onderzocht waarom dat was.’

Hoe denk je terug aan de VU? ‘Ik vond het destijds een soort familie-universiteit: een warme plek, met oog voor levensvragen, de mens en de samenleving. En opmerkelijk modern, zoals in de onderzoeksprojecten over gender en klimaat. Een hoogtepunt was toen ik met vijf of zes anderen de allereerste VU-website heb gemaakt. Ik mocht als twintiger een presentatie geven in het college van decanen: vijftien heren en de rector. Dat begon met een gebed. Ik weet nog dat ik zei: ‘Heren, u gelooft het niet, maar over een tijd heeft iedere organisatie een eigen website.’

CV Adriana Esmeijer

1966 geboren in Rotterdam|1978-1984 vwo Philips van Horne Scholengemeenschap, Weert |1984-1987: journalistiek aan de Academie voor Journalistiek & Voorlichting, Tilburg |1987-1992 Studie Taal- en literatuurwetenschap Universiteit van Tilburg (cum laude) |1984-1992 freelance tekstschrijver, redacteur en programmamaker |1992-1997 wetenschapsvoorlichter Vrije Universiteit Amsterdam |1997-2001: hoofd Interne en Externe betrekkingen Erasmus Universiteit Rotterdam |1994-1999: promotie wetenschapscommunicatie VU | 2001 Directeur Prins Bernhard Cultuurfonds |2015 Officier in de Orde van Oranje-Nassau |2016, 2015, 2011 en 2009 ‘Meest Invloedrijke Vrouw in de Goede Doelen-sector’ volgens Opzij. Nevenfuncties onder meer: Lid Raad van Toezicht NWO; vice-voorzitter Raad van Toezicht van ArtEZ Hogeschool voor de Kunsten.