Foto:

Wiskunde redt levens met slim ambulancemodel

Redactie 1 January 2017

Wiskunde-hoogleraar Rob van der Mei gaf voor de Universiteit van Nederland college over hoe
wiskunde kan helpen bij het redden van levens. Ambulances komen in noodgevallen nog sneller aan,
dankzij een slim model dat zich in Flevoland al heeft bewezen.


Het op tijd arriveren van een ambulance kan het verschil maken tussen leven en dood in een levensbedreigende situatie. In Nederland is een ambulance in verreweg de meeste gevallen op tijd. Maar op een half miljoen spoedgevallen per jaar, is de ambulance nog altijd 35.000 keer langer dan een kwartier onderweg, dat is 7 procent. Het kan beter.


Van der Mei legt uit: wanneer een incident bij de alarmcentrale binnenkomt, wordt dat doorgezet naar
de meldkamer. Een centralist in de meldkamer maakt een inschatting van de ernst van de situatie:
wordt het een A1-rit, waarbij een ambulance binnen 15 minuten aanwezig moet zijn, of een A2-rit
waarbij de ambulance pas na 30 minuten hoeft te arriveren. In Nederland komen er 1 miljoen
meldingen per jaar binnen, de helft daarvan met classificatie A1. Daarbij lukt het in de genoemde 35.000
gevallen niet om binnen het kwartier te arriveren.


Niet terug, maar elders wachten
Volgens van der Mei is ‘dynamisch ambulancemanagement’ de oplossing om het aantal ambulances dat
te laat komt te reduceren tegen niet al te hoge kosten: ambulances gaan na afhandeling van een
incident niet altijd terug naar de garage om te wachten op een nieuw incident. Ze rijden soms door naar
een plek waarvan te verwachten is dat er grote kans is op een incident.


Wiskundige modellen kunnen berekenen wat een ambulance moet doen. Zulke modellen houden
rekening met factoren als: waar wonen en werken veel mensen? Ook recente verkeersinformatie
worden meegenomen. Ze voorspellen zo de vraag op welke plekken ambulances waarschijnlijk nodig
zijn.


In Flevoland is inmiddels een test geweest, waarna de methode verder is geoptimaliseerd. Met als
resultaat dat het aantal rijtijdoverschrijdingen aanzienlijk is verminderd. Hoe meer verplaatsingen, hoe
minder vaak ambulances te laat komen, zo blijkt. Met een paar relocaties pak je al winst, als het de
juiste relocaties zijn. De hele dag rondrijden is dus niet nodig. Ook bleek het ambulancepersoneel de
tool te accepteren en te vertrouwen, benadrukt Van der Mei: ook dat is erg belangrijk.


Momenteel wordt gekeken naar andere toepassingsdomeinen zoals de wegenwacht en brandweer.

Bekijk het hele college van Rob van der Mei bij de Universiteit van Nederland.